LEESTIJD: 8 MIN
In het zuidoosten van Ierland ligt County Waterford, vlak bij de stad Cork. Deze county heeft alles wat Ierland zo bijzonder maakt: spectaculaire kusten, mysterieuze wandelpaden, schilderachtige vissersdorpen én een opwindende foodscene.
Net terug van een hike – de Cliff Walk is een rondje van zo’n vier kilometer in Ardmore dat ik vaak loop – besef ik dat ik er maar geen genoeg van krijg: elke wandeling is weer anders door het steeds wisselende uitzicht op de Atlantische Oceaan, de bloeiende bloemen, de zeedieren en vogels die opduiken en – natuurlijk – het weer. De zon schijnt nu volop en ik heb me ondergedompeld in een koperen outdoor-badkuip, mijn spieren ontspannen in het warme zeewierbad. Ik ben slechts een halfuur van mijn huis verwijderd en verblijf in The Cliff House Hotel, boven op een klif met uitzicht op Ardmore Bay. Door de glazen puien van het sterrenrestaurant, de spa en de kamers kijk ik rechtstreeks op zee. Ik luister naar het geluid van de golven beneden en de zeemeeuwen boven me en zie hoe de kleuren van de zee en het kustlandschap steeds veranderen als er een wolk overtrekt. Ik woon nu al een paar jaar in de uitlopers van de Knockmealdown Mountains in County Waterford en ben nog altijd verbaasd dat een gebied dat zo veel te bieden heeft – op zo’n 1858 vierkante kilometer – zo weinig bezoekers kent. Vooral omdat het slechts een klein uur oostwaarts rijden is vanaf de stad Cork. Deze verborgen parel verdient véél meer aandacht.
Schilderachtige route
De volgende dag rijd ik naar het oosten, naar de Copper Coast, zo genoemd vanwege de koperwinning die vroeger in dit gebied plaatsvond. De schilderachtige route voert langs de kust tussen de plaatsjes Dungarvan en Tramore, waarbij bezoekers worden getrakteerd op groene heuvels, uitgestrekt bos, lieflijke dorpjes, ruïnes en nog veel meer bezienswaardigheden, en dat alles binnen slechts 41 kilometer. En, net als bij de Cliff Walk, zijn geen twee bezoeken hetzelfde, waardoor dit een van mijn favoriete routes is. Welke tijd van het jaar ook, ik raak altijd weer overdonderd door de schoonheid, alsof ik het gebied voor het eerst zie. Vandaag ga ik op ontdekking op een van de vele kleine zijweggetjes, die naar schitterende stranden of grotten leiden. Tijdens zo’n bezoek geef ik toe aan het gevoel van sereniteit dat door me stroomt. Ik ben altijd een beetje teleurgesteld en tegelijkertijd blij als er plotseling iemand anders verschijnt. Teleurgesteld omdat mijn geheime spot toch niet zo geheim blijkt, en blij omdat het fijn is om met een andere bezoeker te praten over de magie van deze plek.
Welke tijd van het jaar ook, ik raak altijd weer overdonderd door de schoonheid
Culinaire creativiteit
’s Zomers haal ik makreel bij de vissers die hier aan de kust wonen en werken. Ze prijzen hun morning catch aan op zelfgeschilderde borden aan huis. Geen fan van verse vis? Dan zijn er genoeg andere gerechten met ingrediënten uit de moestuin of geplukt langs de kust of in het bos. Waterford heeft ontelbaar veel plekken om goed te eten en bezoekers vinden er heerlijk, vers voedsel voor elke smaak en elke portemonnee, van Waterford Blaa (een luchtig wit broodje) als ontbijt tot sterrenrestaurants. “Waterford kent een uitgebreide voedsel-productietraditie”, vertelt Mick Kelly, founder van de GIY (Grow It Yourself) movement. “Dat komt door de kwaliteit van de grond en van de lokale producten en de nabijheid van de zee. Er zijn hier talloze kleine voedselproducenten en er is een opvallende interesse in goed eten.”
GIY werd gestart in 2008 en helpt mensen bij het verbouwen van voedsel en leert ze over voedsel-duurzaamheid. Hoewel het succes van GIY zich heeft verspreid als waren het wilde bramen, is er slechts één GIY-restaurant – GROW HQ – en dat is in Waterford. Hier zwaait chef JB Dubois de scepter, in nauwe samenwerking met head grower Richard Mee. Het zero waste café serveert alleen gerechten met ingrediënten die on site groeien, in de omgeving geproduceerd vlees en kaas en lokaal gevangen vis. De zelfopgelegde regels als het gaat om wat ze mogen cultiveren, kopen en plukken, zorgen voor grote creativiteit in de keuken. Met als gevolg innovatieve ingrediënten (en gerechten), zoals een poeder dat lijkt op spirulina gemaakt van de stengels van tomatenplanten. Het zorgt ervoor dat bezoekers blijven terugkomen voor méér.
Traditionele tunes
Na de GIY-mezze-lunch, bestaande uit hartige pompoencheesecake met zwartebessencompote, tuinbonenhummus, falafel van wortel met koriander en pastinaakkombucha, is het tijd voor een wandeling in de Comeragh Mountains. Ik volg een kronkelpad door het gras- en heidelandschap, met als enige toeschouwers de nieuwsgierige schapen, naar een schitterende waterval van maar liefst tachtig meter hoog. Na een korte stop beklim ik de rotsen bij de waterval voor een fantastisch uitzicht op het landschap onder me en de zee in de verte. Onder de indruk van al het natuurschoon rijd ik hierna door naar het westen, naar Dungarvan.
De serene rust van de middag maakt plaats voor een levendige avond Ierse muziek in The Local, een gezellige pub. Livemuziek is niet ongewoon in Ierse pubs en bars; wat The Local bijzonder maakt is dat eigenaar Donnchadh Gough medeoprichter is van de internationaal bekende band Danú en dat er alleen traditionele Ierse muziek te horen is in zijn pub. “Ik groeide op omringd door trad music, ik ben er gek op”, vertelt Gough. “En we hebben geluk, want er wonen veel fantastische muzikanten in de omgeving en ook het publiek is altijd enthousiast.” Dat blijkt, want al snel zingt en danst iedereen mee met de livemuziek. Dat is het mooie van dit soort optredens: er is geen ‘wij-en-zij’, geen onderscheid tussen publiek en muzikanten. En er is altijd wel iemand die begint te zingen of te spelen.
eten & drinken
The Shelbourne Bar
Met maar liefst 540 Ierse whiskeys en een gezellig interieur, is dit de plek in Cork om te genieten van het uisce beatha (‘levenswater’).
Paradiso
Groenten zijn in dit restaurant in Cork de stars of the show. Chef Denis Cotter weet ze op zo’n manier te bereiden dat elke gang een culinaire verrassing is.
Eamo & Ró
Overdag een café en (in het weekend) ’s avonds een (klein) restaurant: Eamo & Ró in Kilmacthomas (een dorp vlak bij fiets- en wandelroute Waterford Greenway) is een echte onontdekte parel.
slapen
Tannery Townhouse
Bezoekers van de Tannery in Dungarvan slapen in lichte, chique kamers. Voor het diner hoeven gasten niet per se de deur uit: het award-winning hotelrestaurant is al jaren favoriet in de omgeving.
The Strand Inn
Een town house, cottage of glamping cabin: er zijn meer dan voldoende kameropties in dit door een familie gerunde resort in Dunmore East.
Comeragh Pods
Countryside-camping maar dan net even anders, want bezoekers slapen hier in luxueuze, compacte pods. Een jacuzzi en uitzicht op de bergen horen erbij.
Genieten van Cork
De laatste dag rijd ik terug naar het westen, richting Cork. Ik bezoek de English Market, sinds 1788 onderdeel van de stad en een van de oudste overdekte foodmarkten van Europa. Ik loop langs de vele stalletjes met producten van onafhankelijke voedselproducenten – mijn ogen blijven hangen bij de exquise olijven en chocolade – terwijl ik de zeelucht opsnuif bij de viskramen en geniet van het verleidelijke sissen van gebraden worst bij de vleesstalletjes. Ik lunch in The Farmgate Café, aan een tafel op de eerste verdieping met uitzicht over the hustle and bustle op de markt onder mij. Vervolgens is het cultuursnuiven bij de vlakbij gelegen Crawford Art Gallery. Binnen in het statige achttiende-eeuwse gebouw valt het grote contrast op tussen het geluid van het winkelende publiek en de straatmuzikanten buiten en de stilte in de ruimtes met magnifieke Griekse en Romeinse beeldhouwwerken.
Ik slaap vannacht in The Montenotte, een boetiekhotel gelegen op een heuvel, met zicht op de stad en de rivier Lee. Een bijzondere plek: meer een urban resort dan een standaard stadshotel. De artistieke vibe van eerder die middag krijgt een onverwacht vervolg met de felgekleurde, vrolijke werken van de artist-in-residence op dat moment, Jo-Anne Yelen. In de tuin is het ook genieten van de jaarlijkse sculpturenexpo, terwijl de überstylish in-house bioscoop een eclectisch programma aanbiedt: bezoekers van dit hotel krijgen hun portie cultuur wel binnen. Tijdens het diner – masala-roasted bloemkool en Ierse lamsbiefstuk – in het Panorama-restaurant geniet ik van het uitzicht op Cork. Een uitzicht dat nog mooier wordt onder het genot van een cocktail op het terras van hun cocktailbar The Glasshouse als de zon ondergaat. Hier bedenk ik hoezeer ik ervan heb genoten om toerist te spelen in mijn eigen ‘onbekende’ woonplek in Ierland. Ik hef het glas in grote dankbaarheid dat ik hier mag wonen. Sláinte.
Doen met
kinderen
Naar Cork
Vluchtduur 1 uur en 50 minuten.
Naar Cork vanaf 7.500 Miles.
Deze city guide is verschenen in de zomereditie van Flying Dutchman 2024.
KLM staat niet garant voor de actualiteit van de informatie.